Ahsi-no-ko meer is een toeristenval. Maar wel een toeristenval met reden. Je hebt er namelijk zicht op Mount Fuji, de iconische vulkaan van Japan. Met een soort van piratenschip-replica ga je op verkenning op het meer. Eerste stop is onderstaande Torii, met als je goed kijkt erboven de besneeuwde bergtop van Mount Fuji.
Daarna brengt de boot je naar de andere kant van het meer, waar een kabelbaan je naar 1000 meter hoogte brengt. Op deze berg heb je normaal gezien een prachtig zicht op Mount Fuji. Maar eenmaal boven, gooiden de wolken roet in het eten. Geen Mount Fuji meer te zien. Gelukkig waren er nog andere dingen te doen op de berg zelf. Tussen de sneeuw door kon je wandelen naar een plaats waar eieren gekookt worden in vulkaanwater.
Door een chemische reactie met het zwavelhoudende kokende water, kleuren de eieren zwart langs de buitenkant. 1 zo'n ei opeten zou 7 jaar aan je leven toevoegen. Je moet ze per 5 kopen, ik heb er vier opgegeten. 28 jaar extra vond ik al genoeg.
vulkaan stoomwolken op de bergrug |
zo schrijf je dus "keep left" in het Japans en Koreaans |
Ik was met een gewone lijnbus van Atami naar het Ashi-meer gereisd, dat duurde toch zeker een dik uur. Langer dan ik gedacht had. De bergweggetjes hier in Japan zijn ook eerder voorzien voor mini-Japanse auto's dan voor bussen. Bij tegenliggers moet je als bus altijd oppassen dat je ze niet van de baan rijdt.
De terugreis van Ashi-no-ko naar Atami bleek een ander paar mouwen. Het bustijdsschema was in het Japans opgesteld, probeer daar maar eens wijs uit te raken. Je weet amper naar welke stad de uurschema's verwijzen. De buschauffeurs spreken ook geen Engels, dus is het behelpen.
Uiteindelijk moest ik een andere bus nemen richting Odawara station. Na een lange rit in een overvolle bus met als extra toetje, een luidkeels wenende baby ... besloot ik om halfweg uit te stappen en bij een lokaal station de trein naar Odawara te nemen. Deze trein bleek een boemeltrein te zijn, die een hoogteverschil van 600 meter moest overbruggen. De trein der traagheid in de praktijk.
In de trein zat het vol met studentes in donkerblauw uniform, die allemaal een schoonheidsslaapje aan het doen waren. Blijkbaar moet er op school nogal "gearbeit" worden.
Uiteindelijk ben ik toch in Odawara station geraakt, van waaruit de supersnelle Shinkansen me zo in Atami afzette. De hele terugreis moet zowat 2 en een half uur geduurd hebben. Maar zo leer je dat je zelfs in een land waar je amper kan communiceren met de buschauffeurs je uiteindelijk toch nog op bestemming raakt.
Uiteindelijk ben ik toch in Odawara station geraakt, van waaruit de supersnelle Shinkansen me zo in Atami afzette. De hele terugreis moet zowat 2 en een half uur geduurd hebben. Maar zo leer je dat je zelfs in een land waar je amper kan communiceren met de buschauffeurs je uiteindelijk toch nog op bestemming raakt.
Het adagium is vooral niet panikeren en de kinderwijsheid van de Bert en
Ernie liedjes in gedachte houden :"We komen er wel, we komen er wel ...
ook al zijn we er nog niet, zijn we er nog niet". :-)
No comments:
Post a Comment